Gobord. Nee, niet een bewoner van pas van Udûn (‘help, Aragorn, daar komen de goborden!’), maar een bord om te goën. Goën. Gobord. Goën. Gobord. Gobord. Galoshes. Shindig. Blubber. Blubber. Mmmukluks!
(Dank aan Eelkje voor dat laatste.)
Gobord. Nee, niet een bewoner van pas van Udûn (‘help, Aragorn, daar komen de goborden!’), maar een bord om te goën. Goën. Gobord. Goën. Gobord. Gobord. Galoshes. Shindig. Blubber. Blubber. Mmmukluks!
(Dank aan Eelkje voor dat laatste.)
Oh, dàt bedoelde je! Ik vrees dat ik de bewoners van de pas van Udûn zelfs na je herinnering nog steeds vergeten ben.
LikeLike
Dan zal ik het maar bekennen: er komen in de LotR geen goborden voor, laat staan dat ze uit Udûn komen.
LikeLike
Maar eigenlijk vind ik de term bij nader inzien associatief geschikter als locale Rohanese aanduiding voor het bosvolk van Ghân-buri-Ghân. ‘wij Goborden vroeger talrijk en normaal praten, maar sinds paardenvolk de boel loopt te zieken lelijk de klad in.’
LikeLike
wat dan weer heel interessant is is dat de termen ‘de boel loopt te zieken’ en ‘lelijk de klad in’ de grammaticale decimering van de goborden hebben overleefd.
LikeLike