Maand: augustus 2011

Speldeprikfoto’s Deel 2a

Speldeprikfoto’s Deel 1.

Speldeprikfoto’s Deel 2.

Er zal ook even niemand ‘Joh Drablul, al je foto’s staan gespiegeld’ zeggen hè. Ik vònd het al raar, ik herinnerde me toch stellig dat ik die sneeuwfoto aan de àndere kant van de weg had genomen. En Doodemanskisten. En als u ook maar een béétje inlevend vermogen had getoond dan had u dus meteen aan die bijgeleverde metafoto gezien dat die voorste bol van het Atomium aan de rechterkant zat van waar ik stond, niet aan de linker. Néé, maar we laten Drabkikker fijn collectief een jaar lang in zijn sop gaar koken met zijn gespiegelde foto’s. Moet hij maar ruimtelijk inzicht hebben. Hè? Nou, fraai is het met u. En weet u waarom? Omdat u zonder blikken of blozen toelaat dat er dit soort bedrieglijke plaatjes op het internet staan:Overzichtelijk, toch? Lichtstralen gaan door het gaatje, boven wordt beneden, links wordt rechts, rechtopstaande F wordt 180° gedraaide F. Gedraaid, niet gespiegeld. En dus hoeft Drabkikker ook niks te ontspiegelen bij het inscannen.

Nou, en dat klopt dus niet. Ga maar eens zo staan dat u niet over de schouders van de rechtoppe F meekijkt, maar vanaf de andere kant, waar de fotograaf staat. Wat ziet? Die vuile F is van zijn eigen al gespiegeld! Vind je het gek dat de projectie spiegelloos lijkt!Daar moet toch een straf op staan, zulke moedwillige misleiding? Ga u in een hoek staan schamen, u! Mij een beetje bijkans aanzetten tot geloof in bovennatuurlijke inmenging!

Nou, ik weet het goed met u gemaakt. Jazeker. Ik douw u gewoon alle foto’s opnieuw door de strot, maar nu zo dat ze goed staan. Doe ik gewoon. En u zegt in koor: Ooh, Drabkikker, wat mooi! En wat lijken ze ineens goed! En anders gaat u zonder eten naar bed! Collectief! Helemaal bedonderd.


Speldeprikfoto’s Deel 1.

Speldeprikfoto’s Deel 2.

Teunis Bakker, kunstschilder uit de Purmer

Update 20-9-2011: artikelen!

Bezoekers van huize Drabkikker op de eilanden zal het zijn bijgebleven: de muren hangen er vol met oude schilderijen. Stillevens, portretten, vrij duistere toonzetting, vaardig uitgevoerd. Of, om een artikel uit Dagblad Tubantia van 7 oktober 1954 te citeren: Met de uiterste nauwkeurigheid, maar toch fors geschilderd, treffend van kleur, boeiend en mooi van compositie.

De maker van die schilderijen (en schetsen, aquarellen en aanverwanten) is mijn oudoom Teunis Bakker (1894-1964), geboren in Purmerend. Hij was een leerling van onder andere Antoon Derkinderen en George Breitner (van wie we nog een brief hebben liggen waarin hij Teunis enigszins berispend toespreekt over diens lesverzuim), en won prijzen met zijn werk. Veel van de attributen die hij schilderde staan nog bij ons in de huiskamer.

Hoog tijd dus dat dat werk weer eens in het openbaar tentoon wordt gesteld, vonden Teunis’ neven, beter bekend als onder andere mijn vader. Dankzij hun initiatief en inspanningen de afgelopen maanden is er daarom vanaf 17 september aanstaande in het Purmerends Museum voor het eerst in een ruime halve eeuw weer een expositie van Teunis Bakker, kunstschilder uit de Purmer. Komt allen!

Behalve portretten – o.a. nog een mooie negerkop – hangen er landschappen en stillevens. Werken in olieverf, aquarellen, pastels en tekeningen. Ze tonen Bakker als een gevoelig colorist, een schilder met een ryk palet, als een nauwkeurig tekenaar, die geen streepje te weinig of te veel zet.


Lacunes in de taal 3: hartverscheurend supergaaf

Hebben wij een woord dat de twee begrippen ‘hartverscheurend’ en ‘supergaaf’ verenigt? Friezen, jullie misschien?

Deze brieven zijn begin 20ste eeuw geschreven door ene Emma Hauck, die op haar 30ste werd opgenomen met premature dementie. Ze zijn gericht aan haar man Mark, en behelzen slechts één boodschap: Herzensschatzi komm. Komm komm komm.

Ik weet niet wat ik het eerst moet krijgen, tranen of kippevel. Ik doe het maar even allebei, denk ik.

Speldeprikfoto’s Deel 2

Speldeprikfoto’s Deel 1.

Speldeprikfoto’s Deel 2a.

Yo! Kent u 2010 nog? Zegmaar, dat jaar vóór 2011? Geeft niet hoor, is alweer lang geleden. Maar de ècht bejaarde lezertjes zullen zich misschien nog nèt herinneren dat die dekselse Drab toen van die reuzefijne kieken op zijn “web-log” (hedendaags taalgebruik voor “beat-muziek”) had geplaatst, verkregen met de allernieuwste daguerrotypische technieken. En dat zij zich sedert dien dage naarstig ontbeerd voelen alsvoege enigerlei aanvulling op nevenvermelde beeldmatige vermeienis hunner ouden mitsgaders welverdienden dag, uuaarop dat ghefluuyt deram uogalam nyemeer toe horan ist, laette staenum dat haginnan uan nestas.

Welaan dan, U hoeft niet langer te wannen in uw hoop! Want hier is, nog druipend van de donkere kamer, met echte levende wezens die zo welwillend waren vijf minuten stil te zitten (enkele trekken aan de cigaret daargelaten), spectaculaire close-ups, kalmerende natuurgezichten en bevriezingsgevaar voor eigen leven, Deel 2 van Drabkikkers onnavolgbare speldeprikfotoserie!

Update: Oh, en er waren er ook nog vier mislukt. Hierzie:

onduidelijk-1t onduidelijk-2t onduidelijk-3t onduideljik-4t

Speldeprikfoto’s Deel 1.

Speldeprikfoto’s Deel 2a.

Gulden Cactus

Ja, je léést dat nou altijd wel, dat van die Gulden Snede in zonnebloemen, waterjuffers en de Mona Lisa, maar het blijkt dus ook gewoon regelrecht te kloppen. Hier, een cactus van bij ons thuis:

Zie? Een radiale constellatie van ribben met daarop stekelclusters, hier voor de duidelijkheid aangegeven in groen respectievelijk rood:

Het aantal ribben is 13 zozuziet: een Fibonaccigetal, dus dat begint al goed. Maar de crux zit hem in de verdeling van de stekels.

Ga in het centrum van de ribben staan en zoek de stekel die er het dichtst bij ligt. Zoek dan de op-één-na dichtstbijzijnde stekel, gevolgd door de op-twee-na-dichtstbijzijnde, etcetera. Al gauw zult u merken dat u een uitwaartse spiraal linksom volgt, telkens een verder van het centrum verwijderde stekel passerend. Hieronder zijn de eerste veertien stekels aangegeven, maar u kunt het proces voor de hele cactus voortzetten:

U ziet het misschien niet meteen in die zee van getalletjes, maar wat u nu geconstrueerd heeft vertoont een consciëntieuze regelmaat. Tel maar eens het aantal ribben die u moet afleggen om van een stekel naar de volgende te komen. Precies, dat zijn er zonder uitzondering vijf. Of acht, als u via de lange kant telt. Herkent u de getallen? Jazeker: ook 5 en 8 behoren tot Fibonacci’s reeks. Deel 5 door 8 en u krijgt een benadering van de Gulden Snede. Deel 8 door 13 en u krijgt een betere.

En daar zijn we dan! De hoek tussen twee opeenvolgende stekels is telkens 5/13 van de gehele cactus, oftewel bij benadering één-guldensnedenste van een cirkel, beter bekend als de Gulden Hoek:

Voilà! Is dat nou niet wonderbaar? Goddelijke verhoudingen in je eigen plantenbak.

Waarom doet zo’n cactus dit? Simpel: het is de meest optimale verhouding tussen twee conflicterende prioriteiten: 1) zo veel mogelijk stekels op een zo klein mogelijk oppervlak; 2) zo veel mogelijk groeiruimte voor elke afzonderlijke stekel. Te veel groeiruimte en je hebt te weinig stekels, te veel stekels en je krijgt te weinig groeiruimte. De Gulden Snede geeft het beste van twee kanten.

Meer weten? Jaaa, u wilt meer weten hè, ik zie het wel. Nou, ga hier eens kijken bijvoorbeeld, of hier (met verhelderend interactief appje). Of leun eens lekker achterover en aanschouw Nature by Numbers van Cristóbal Vila [vanaf 1:40 ziet u de Gulden Hoek in actie]:

Drab back in the EU

En daar zijn we weer, terug uit de U S and A, zijnde Pittsburgh PA!

Random indrukken: Stoplichten zijn geel in plaats van zwart en hangen na de kruising in plaats van ervoor; maak-je-eigen-wafel bij het ontbijt; soda in halve liters (technisch gesproken nog iets meer, namelijk 20 oz); idioot beleefde mensen (een oprecht “oh, thank you for putting that back” toen ik iets in de schappen terug hing); toiletten heten restrooms; African Americans praten ècht zo, ook als ze niet aan het rappen zijn; onder de 22 mag je niet drinken of je wordt voor het leven het land uit gezet; de architectuur ziet er exact zo uit als in Sim City 4; de familie van Andy drijft nog steeds een Warhola Junkyard; de bruggen en verkeersborden zijn van Meccano, het gras is onnatuurlijk strak gemaaid; fratern- en sororitities hebben namen die uit drie Griekse letters bestaan; Heinz tomatenketchup en de smiley zijn allebei in Pittsburgh geboren; in plaats van op een knopje drukken voor de volgende halte trek je aan een touwtje; coffeeshops verkopen vreemd genoeg uitsluitend koffie; college-studentes dragen bij voorkeur hotpants; voor elke verkeersregel wordt apart een extra bordje opgehangen (No Turn On Red; Left Lane Must Turn Left; No Gridlocking Please; Peds Xing; moedwillige misspelling van Through en Night); geen honden of katten, wel eekhoorntjes, konijnen, vuurvliegjes en krekels (zowel van het ‘rasp’- als het ‘fluit’-type); hysterisch glimmende appels ter grootte van kinderhoofdjes; plakkende bloedhitte met onweersbuien; openluchtbioscoop; regelmatig overvliegende verkeershelikopter; rommelige winkelstraatjes die klaarblijkelijk afdoende uniek zijn om er een excursie aan te wijden; de Cathedral of Learning, een soortement van Utrechtse Dom maar dan in neoklassieke wolkenkrabstijl en toegespitst op de wetenschap; Resnik dormitory (ons verblijf), genoemd naar een van de omgekomen astronautes van de Challenger; Heinz History Center (die van de ketchup); Wholey’s Seafood Market (vis), en eten. Heel veel eten.

O ja, en een Taalkunde-Olympiade natuurlijk! Het was weer leuk, veel oude gezichten, veel nieuwe. De ervaring tussen medetaalgekken (en medetaalverzinners, voor die materie) te zitten doet het hart altijd weer opleven. En: het Nederlandse team heeft een eervolle vermelding in de wacht gesleept, alsook de eerste prijs in de Raad-de-Taal-kwis op de afsluitavond! Voor een verslag van de week geef ik het woord aan Koen van Asseldonk, de winnaar van de eervolle vermelding. Zie de overige uitslagen (binnenkort) hier; de opgaven hier; facebook met foto’s en interviews hier, mijn eigen fotografisch te wensen overlatende bijdrage hieronder.

Klikjes doen voor diavoorstelling!